<< Terug naar artikels
Vennootschapsrecht
- 3 -
november
2015

Het verdeelrecht bij uitonverdeeldheidtreding



Wanneer is het verdeelrecht verschuldigd?

Het verdeelrecht wordt gevestigd naar aanleiding van de registratie of de verplichting tot registratie van akten of geschriften (bv. een vonnis) die als titel gelden van een overeenkomst houdende (art. 2.10.1.0.1. en 2.10.1.0.2. Vlaamse Codex Fiscaliteit of verder “VCF”):

  1. gedeeltelijke of gehele verdelingen van onroerende goederen;
  2. afstanden onder bezwarende titel, onder mede-eigenaars, van onverdeelde delen in onroerende goederen;
  3. omzetting als vermeld in artikel 745quater en artikel 745quinquies van het Burgerlijk Wetboek, zelfs als er geen onverdeeldheid is. Het gaat met name over het recht van de langstlevende echtgenoot en de blote eigenaars om de omzetting van het vruchtgebruik te vorderen op de goederen die verkregen zijn uit de nalatenschap van de overleden echtgenoot/ouder, en waarbij de kinderen of derden het bloot eigendom erfden. Dit geval wordt specifiek in de wet vermeld omdat het verdeelrecht in beginsel enkel verschuldigd is wanneer eigenaars uit onverdeeldheid treden, dus wanneer ze een recht van dezelfde juridische aard hadden (bv. bloot eigendom). Een vruchtgebruiker en blote eigenaar hebben niet hetzelfde recht en kunnen dus in principe niet uit onverdeelheid treden.

 

Veelal gaat het over verdeling van onroerend goed: meerdere personen waren samen eigenaar van een onroerend goed, en naderhand wordt besloten dat één van die personen het (volledig) goed inkoopt. Denk aan situaties van echtscheiding of verdeling van een erfenis. Het verdeelrecht is eveneens verschuldigd wanneer een zaakvoerder of bestuurder samen met zijn vennootschap een onroerend goed kocht, en nadien het aandeel van de vennootschap koopt.

De gevallen van uitvoering van een beding van aanwas of terugval worden hier uiteraard uitgesloten.

Er wordt een vrijstelling van het verdeelrecht verleend voor:

  1. de overeenkomsten tot overdracht van het vruchtgebruik op de blote eigenaar, als de evenredige registratiebelasting, de erfbelasting of een soortgelijk recht door de blote eigenaar of door een vorige blote eigenaar, zijn rechtsvoorganger, op de waarde van de volle eigendom is voldaan;
  2. de overeenkomsten (tenzij het een inbreng van onroerende goederen betreft die niet hoofdzakelijk tot bewoning zijn bestemd) van gebouwen, gedeelten van gebouwen en het bijhorende terrein, alsook de vestigingen, overdrachten of wederoverdrachten van de zakelijke rechten andere dan eigendomsrechten met betrekking tot die gebouwen, gedeelten van gebouwen en het bijhorende terrein, op voorwaarde dat de belasting over de toegevoegde waarde opeisbaar is op de levering van die goederen of de vestiging, de overdracht of wederoverdracht van die rechten (art. 2.10.6.0.1. VCF).

 

Hoeveel bedraagt het verdeelrecht?

Het verdeelrecht bedraagt 2,5%. Dit percentage wordt verlaagd naar 1% indien de verdeling gebeurt naar aanleiding van een echtscheiding in onderlinge overeenstemming of omwille van onherstelbare ontwrichting. Hetzelfde geldt in het geval van verdelingen na het beeïndigen van een wettelijke samenwoning voor zover: 1/ de verdeling gebeurt binnen het jaar en 2/ het koppel langer dan 1 jaar wettelijk samenwoonde.  Bovendien geniet men naast het verlaagd tarief eveneens een abbatement van 50.000 euro, verhoogd met 20.000 euro per kind dat men ten laste heeft (art. 2.10.3.0.2. VCF).

Het verdeelrecht wordt vastgesteld op basis van de overeengekomen waarde van de goederen, zoals ze blijkt uit de bepalingen van de akte, zonder dat de belastbare grondslag lager dan de verkoopwaarde mag zijn. Noteer dat voor de goederen waarvan de akte de onverdeeldheid doet ophouden onder al de mede-eigenaars, de belasting wordt geheven op de waarde van die goederen. Voor de goederen waarvan de akte de onverdeeldheid niet doet ophouden onder al de mede-eigenaars, wordt de belasting geheven op de waarde van de afgestane delen (art. 2.10.3.0.1. VCF).